Portfolio van Patrick Lablans

CV    Leerlijn    Motivatie    Competenties    Planning    Reflectieverslag    Producten

Mijn samenwerkingsvaardigheden

(februari 2001) Inmiddels zijn we weer een fase verder en moet ik wederom een verhaal over mijn samenwerkingsvaardigheden gaan schrijven. Lijkt me niet echt zinvol, omdat er weinig verandert is sinds november. De kerncompetentie "ik plan realistisch en houdt me aan afspraken" is een competentie die ik al regelmatig bewezen heb en waar ik ook al regelmatig een reflectief stuk over geschreven heb.

(november 2000) De kerncompetentie "ik plan realistisch en houdt me aan afspraken" is natuurlijk een competentie die prima onder het kopje "samenwerkingsvaardigheden" past. Ik ben van mening dat ik deze competentie al grotendeels bereikt heb, immers, de afgelopen drie jaar studeren, werken en zitting hebben in verschillende commissies heeft aardig wat van deze competenties doen ontwikkelen.

Op dit moment komen deze vaardigheden echter niet altijd uit de verf. Voor wat betreft de lessen ligt er voor het hele jaar een planning, zodat ik me daar geen zorgen over hoef te maken. Een planning voor mijn specialisatie, OWK, vakdidactiek en de vakcomponent ligt er nog niet. Deze volgt in de loop van november.

Over het algemeen houd ik mij aan gemaakte afspraken, tenzij ik een excuus heb. Het maken van dit portfolio is geen goed voorbeeld, ik heb hem te laat af gekregen. Afspraken met collega's, medestudenten en begeleiders kom ik echter wel altijd na.

(augustus 2000) Tijdens mijn studie heb ik veel moeten samenwerken en daar heb ik de volgende samenwerkingsvaardigheden opgedaan:

Beschrijving van mijn interactievaardigheden als docent

Met behulp van de Roos van Leary kan ik mijn interactievaardigheden als docent goed beschrijven.

(februari 2001) Deze keer wil ik voor mijn interactievaardigheden, beschreven aan de hand van de Roos van Leary, verwijzen naar de gehouden leerling-enquêtes, bij mijn producten.

(november 2000) Mijn interactievaardigheden verschillen per les. Vandaar dat het mij handig lijkt om het per klas te beschrijven.

In de brugklas, een klas waarin alles goed gaat: de leerlingen zijn stil als ik uitleg, de meeste leerlingen doen goed mee, er worden goede cijfers gehaald, er wordt gewerkt tijdens de les en er is tijd voor een grapje, stel ik mij over het algemeen "samen - boven" op. Vooral kijkend naar de vaardigheden die daar bij horen (zie het stukje van augustus 2000), herken ik mij daar helemaal in. Ik kan ook heel makkelijk switchen naar andere plaatsen op de Roos. Als de klas rumoerig wordt of mij probeert uit te dagen (er is een aantal leerlingen dat inmiddels mijn grenzen probeert at te tasten), dan laat ik ook duidelijk zien wat mijn grenzen zijn, en wie er de docent is. Ik zit dan in de "boven - samen" en misschien soms wel "boven - tegen" hoek. 
Maar als de sfeer goed is in de klas, dan laat ik nog wel eens de keuze aan de leerlingen. Of ze gaan opgaven maken, of ze krijgen uitleg. Dan plaats ik mijzelf in een "samen - onder" of "onder - samen" positie.

In de 3e klas zit ik inmiddels het liefst boven in de Roos van Leary. Om te beginnen is het noodzakelijk respect af te dwingen. Als ik dat immers niet heb, dan zullen de leerlingen binnen de kortste keren over mij heen lopen. Gelukkig is dat vanaf het begin al gelukt. Ik hoef alleen maar een handgebaar te maken en de leerlingen doen hun petjes al af. Maar daar houdt het ook zo'n beetje mee op. Een klein groepje leerlingen uit deze klas is altijd zo rumoerig en bijdehand, dat zowel de andere leerlingen als mij enorm storen. Zelf halen ze redelijk hoge cijfers en snappen ze niet dat hun gedrag storend is voor anderen. Als ik "samen - boven" gedrag vertoon, een positie waar ik mezelf het liefst bevind, dan gaan die leerlingen "tegen - onder" of soms zelfs "tegen - boven" gedrag vertonen.

Nu ik dit zo opschrijf heb ik "Doelmatig communiceren, basisprincipes" van Klaas Wiertzema er eens op nageslagen. Laat ik er voor het gemak even van uitgaan dat het ongewenste gedrag van de leerling "tegen - onder" gedrag is. Een natuurlijke reactie van mij manoeuvreert mij naar "tegen - boven" gedrag. Daar is overigens de hele klas dan de dupe van. Wat ik wil is dat de leerlingen "onder - samen" gedrag gaat vertonen. Ik kan daar voor zorgen door mij zelf weer "boven - samen" op te stellen. Gelukkig heb ik dat al een aantal keer (onbewust) gedaan, en dit werkt vooralsnog slechts tijdelijk. Misschien dat er de komende periode wat verbetering in komt.

(augustus 2000) In eerste instantie probeer ik les te geven waarbij ik de "samen - boven" en "samen - onder" vaardigheden gebruik. Te denken valt dan aan vaardigheden als: helpen, stimuleren, geruststellen, bemoedigen, zich vriendelijk, zorgzaam of speels gedragen, geïnteresseerd luisteren, zich inleven, waardering laten blijken, verontschuldigingen accepteren, compromissen zoeken, meedoen.

Toch kunnen zich er situaties voordoen waarbij ik de vaardigheden moet aanwenden die passen bij een "boven - samen" manier van lesgeven. Bijvoorbeeld als de les er om vraagt duidelijk gestructureerd te worden. Ik dwing respect af, treedt zelfverzekerd op, ik heb gezag en zie wat er in de klas gebeurt.

In principe geef ik niet graag les waarbij interactievaardigheden moet gebruiken die aan de linkerkant van de Roos van Leary zitten. Toch kunnen er soms klassensituaties ontstaan waarbij deze vaardigheden wel nodig zijn. Ik ben me er van bewust dat ik ze wel kan toepassen, maar slechts sporadisch.

Nu blijven de interactievaardigheden van "onder - samen" nog over. Daar heb ik niet veel van meegekregen, omdat het in strijd is met mijn karakter. Wel wil ik de leerlingen ruimte geven om zelfstandig te leren. Bij een zich daar voor lenende gebeurtenis kan ik mij ook meegaand opstellen.

Sterkte / zwakte analyse

(februari 2001) Tot mijn grote spijt moet ik bekennen dat ik, net als tijdens de vorige fase, geen idee meer heb welke informatie ik hier nog kwijt moet die niet ergens anders te vinden is. Mocht hier nog een aanvulling op nodig zijn, dan hoor ik dat graag.

(november 2000)